Opdracht 11: Koken; Kruimelvlaai/-flan****



De geschiedenis
Toen de hertog van Brabant de stad Sint-Truiden in 1189 belegerde wilden de Truienaars hem op betere gedachten brengen. Ze lieten een vlaai bakken naar een oud plaatselijk recept. Ze boden deze vlaai aan de hertog aan en hij staakte de belegering. Zo vermeldde abt Nicolaas van de abdij van Sint-Truiden in zijn historisch verhaal.
Vlaai is gebak dat vooral geassocieerd wordt met Belgisch- en Nederlands-Limburg. Het gebak wordt als typisch Limburgs beschouwd.
Vlaai bestaat uit een bodem van deeg (meestal met een diameter van 27 tot 30 centimeter), die plat is, met opstaande randen. De vlaai wordt vervolgens meestal gevuld met een spijs van vruchten, zoals kruisbessen (krosjelevlaai mit sjoem), kersen, pruimen, appel, abrikozen-linzen of rijst. Oorspronkelijk wordt er geen slagroom gebruikt, ook al komt dit tegenwoordig toch vaak voor. Vlaaien zijn wezenlijk verschillend van taart omdat de bodem van een ander soort deeg is gemaakt. Vlaaideeg is een stuk luchtiger en lijkt op brooddeeg.
Een onderneemster uit Weert heeft een belangrijk aandeel gehad in de verspreiding van de vlaai buiten Limburg. Maria Hubertina Hendrix, ook bekend als 'Antje van de Stasie' verkocht in het begin van de 20e eeuw met verve haar 'Weerter vlaaitjes' aan treinreizigers op het station van Weert. Zo werd de vlaai een bekend gebak voor reizigers uit heel Nederland.[1] Later waren de Weerter vlaaien zelfs in Nijmegenverkrijgbaar. Van de legendarische vlaaienverkoopster staat sinds 1988 een standbeeld in Weert.
Bron; Wikipedia
De opdracht
Maak jouw eigen website met JouwWeb